11 december 2011

Eten bij Serviërs thuis

Onlangs kregen wij een uitnodiging voor een etentje bij Servische kennissen: één familie, drie generaties. Die uitnodiging accepteerden we graag. Niet alleen omdat onze kennissen goed gezelschap zijn, maar ook omdat het bereiden van voedsel een belangrijk onderdeel is de Servische familietraditie en gastvrijheid, en omdat we uit ervaring weten dat de Servische keuken niet te versmaden is.

De Servische gastvrijheid begon direct bij binnenkomst. De vader van de gastvrouw bood ons een glaasje uit Servië meegenomen rakija aan. Dat kon en wilde ik niet weigeren. Een toast op elkaars gezondheid hoort daar bij: Živeli! Het smaakte mij uitstekend, ondanks het alcoholpercentage en ondanks het feit dat ik bijna nooit brandewijn drink. Een ouzo zo nu en dan, maar veel sterker dat een Italiaanse amari drink ik gewoonlijk niet. Het woord rakija, dat afstamt van het Arabische al-arak en dat als drank door de Turken is meegenomen naar het aloude wijnland Servië, is een verzamelnaam voor brandewijn. Want een rakija kan je maken van veel soorten fruit (bijvoorbeeld van druiven, abrikozen, appels, peren of pruimen) en met verschillende aromatische kruiden. Wij kregen een Stomaklija, een rakija op basis van pruimen en alsem. Deze rakija wordt ook medicinaal gebruikt; het schijnt heilzaam te zijn voor buikklachten.

Het diner bestond uit een veelheid aan gerechten, gepresenteerd in vier gangen. Als voorgerecht werd ons een gibanica, een Servische kaastaart, voorgezet. Je spreekt het uit als [kiebanietsaa]. De taart bestaat uit lagen filodeeg met daartussen een mengsel van witte kaas (het liefst švapski sir, een Servische cottage cheese, maar feta of Hüttenkäse kan ook), eieren en crème fraiche. Daarna een gevulde soep, teleća čorba sa knedlama, met Turks brood. Het Servisch kent twee woorden voor soep: supa en čorba. De eerste is een heldere soep, de laatste een gebonden. De soep die wij voorgeschoteld kregen was rijk gevuld met onder andere noedels en kalfsvlees. Het hoofdgerecht bestond uit stukken kalfsbiefstuk in een saus, teleće šnicle u saftu, met daarbij een Servische salade (srpski salata) en, niet typisch Servisch, asperges (špargle). Een zware Russische huzarensalade, gemaakt door de vader van de gastvrouw, bleef onaangetast in de koelkast. Toe kregen we ijs met warme chocoladesaus, sladoled & čokoladni preliv, en een Servisch flensje met appel: jabuke u šlafroku. Voor hen die trek hebben gekregen in al dit lekkers, de bijbehorende recepten zijn op internet te vinden.

Tot onze verrassing schonken de gastvrouw en gastheer een bijzondere dessertwijn: een witte Bremet uit Sremski Karlovci (Beli Bermet iz Sremskih Karlovaca). In Sremski Karlovci, een bezienswaardig en historierijk plaatsje nabij Novi Sad, waren we vorig jaar even geweest, overigens zonder de tijd te hebben gehad om de bekende wijnkelders te bezoeken. De Bremet is een (rode en witte) wijn met een historie. Ten tijde van het Habsburgse rijk was de Bremet populair aan het hof en bij de aristocratie in Wenen. In de 19de eeuw werd de wijn al naar Noord-Amerika geëxporteerd. En de Bremet uit Sremski Karlovci was één van de wijnen die op de Titanic werd geserveerd.

Prijatno! Smakelijk eten, en dat was het. De gastvouw zorgde ervoor dat onze borden en wijnglazen gevuld bleven. En dat wij gasten aten en dronken. Maar daarvoor was echt geen aanmoediging nodig. We wisten het al, in Servië kan je goed eten; zie mijn weblogbericht Eten, drinken en'sladoled'. Maar de copieuze en smaakvolle maaltijd die wij bij onze Servische vrienden voorgeschoteld kregen hebben we in de annalen bijgeschreven. Hvala vam na gostoprimstvu! Hvala vam za divno veče!

1 opmerking:

  1. heerlijk ! Ben zelf net terug uit Novi sad, en heb in 1.5 maand een rond reis gemaakt van 4000km door Servië heen. Fantastisch land, en nog mooiere Mensen.
    Vidimo se

    BeantwoordenVerwijderen