Onlangs plaatste weblog Balkanboeken een
berichtje over Avontuur in Servië, een ‘gedateerde, anticommunistische avonturenroman
van een Brits oud-militair en spion’ uit 1964. Het is de vertaling van The
borders of barbarism, geschreven door Eric Williams. Ik heb William’s boek
(nog) niet gelezen, maar ik moest denken aan Witte adelaars boven Servië, de
Nederlandse vertaling (uitgegeven als een zwarte beertjes thriller) van White
Eagles over Serbia uit 1957. Een jaar of vier geleden liep ik min of
meer toevallig tegen dit boekje aan en heb ik het gelezen.
De auteur Lawrence Durrell kende
ik van zijn boeken over Griekenland – Prospero’s Cell (1945) en The
Greek Islands (1978) – en van zijn vriendschap met Henry Miller, auteur van
onder meer The Colossus of Maroussi. Ik wist niet dat Durrell van 1948
tot 1952, juist nadat de Joegoslavische premier maarschalk Tito had gebroken
met Stalinistisch Rusland, ook afgezant (persattaché) van Groot-Brittannië in
Belgrado was geweest. Gedurende deze periode moet hij het materiaal verzameld
hebben voor zijn Servische spionagethriller.
Witte adelaars boven Servië
is het spannende en prettig leesbare verhaal van Methuen, een Brits geheim
agent die door de Foreign Office naar Joegoslavië wordt gestuurd om uit
te zoeken wat daar gaande is. Methuen komt terecht in een strijd tussen
communisten en royalisten. De ‘witte adelaars’ uit de titel van het boek zijn
de royalisten (in het wapen van de vroegere koning van Servië komen twee witte
adelaars voor). Een groot deel van het verhaal speelt zich af in het door Durrell
prachtig beschreven onherbergzame Servische berglandschap.
Witte adelaars boven Servië is, evenals Avontuur
in Servië, verkrijgbaar via Boekwinkeltjes.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten